De Brabantse Wal ligt aan de rand van West-Brabant, op de grens met Zeeland en Vlaanderen, in de gemeenten Bergen op Zoom, Woensdrecht en een deel van Steenbergen en Roosendaal. ‘Waar Brabant Zeeland kust.”

De ligging van de Brabantse Wal is opvallend mooi. Als pareltjes aan een ketting liggen daar o.a. de Leemberg, Maareberg, Koepel, Kraaijenberg, Spinolaberg en Kijkuit. Samen vormen ze de steilrand: een aardkundig monument van maximaal 21 meter hoog en circa 25 kilometer lang. Langs de steilrand zijn de dorpen en steden gevleid.

Het is een landschap met een rijke en waardevolle cultuurhistorie van oorlogen, overstromingen, inundaties en inpolderingen die hun sporen in het landschap nalieten. De Brabantse Wal is door de regering bestempeld als Belvedèregebied.

Aan de oostkant van de steilrand liggen hoge zandgronden met bossen, heide, duinen, vennen en kleinschalige akkers en weilanden. Aan de westkant, de laagte, liggen polders met oude dijken, kreken en akkers. De overgangen in het landschap, van hoog naar laag, van zand naar klei, van droog naar nat en van voedselarm naar voedselrijk, zorgen voor een mooie natuur die deel uit maakt van het Natuurnetwerk Noord-Brabant, de Ecologische Hoofdstructuur in Nederland, en onder bescherming staat van Europese wetgeving (Natura 2000). De provincie Noord-Brabant heeft de Brabantse Wal uitgeroepen tot Provinciaal Landschap en daarna tot Landschap van Allure. Stichting De Brabantse Wal heeft het initiatief genomen om het gebied deel uit te laten maken van een UNESCO Geopark Schelde Delta dat in oprichting is.